-
Basis 3-wegkruising
-
Lijnsamenvoeging
-
Half klaverblad
-
Halve spaghetti
-
Compacte 3-wegkruising
-
Compacte 3-weg T-S kruising
-
Ultieme 3-wegkruising
-
Halve getransformeerde kruising
-
Gevlochten kruising
-
Basis 4-wegkruising
-
Rotonde
-
Klaverblad
-
Spaghetti
-
Sterkruising
-
Complexe sterkruising
-
Branch-Merge
-
Over-Under
-
Tetrathorp
-
High Speed 4-Way Fly-over∕under (en)
-
Pre-Signaled Roundabout (en)
-
Advanced Roundabout (en)
-
Right-of-way Roundabout (en)
-
Improved Roundabout (en)
-
Transmogrified (en)
-
Tightlong (en)
-
Deepblue2k8 4-way Junction (en)
-
Double Cloverleaf (en)
-
Dual Tetrathorp
-
Dual Branch-Merge
-
Quad Branch-Merge
-
8-Way Star
-
High Speed 4-way (en)
-
Building depots (en)
-
Dual tunnels (en)
-
Sideline U Turn (en)
-
Right-of-way Lane Change (en)
-
Priority Merge (en)
Kruispuntcriteria
Dit is een lijst die verduidelijkt wat de toepassingen zijn van een kruispunt. Elk onderdeel wordt opgenomen in alle kruispunten als een voor- of een nadeel. Gebruik deze sjabloon.
Definitie van een kruispunt
Een kruising waar twee of meer spoorlijnen elkaar ontmoeten of kruisen.
Attributen
Scherpste draai
Kosten (ongeveer)
- Geschatte kosten in dollars ($).
Constructie moeilijkheid
- Gemakkelijk te onthouden
- Hoeveel tijd kost het om te bouwen
Ophoping
- Ophoping is als treinen moeten wachten om de kruising op te kunnen rijden.
Patstelling (Gridlock of Filevorming)
- Een patstelling treedt op als een trein een kruising NIET kan verlaten en daardoor een opstopping veroorzaakt. Zie ook: Gridlocks
Heuvels (elevatie)
- Treinen gaan omhoog of omlaag op hellingen terwijl zij de kruising passeren.
Tunnels
- Kruising gebruikt tunnels.
Bruggen
- Kruising gebruikt bruggen.
Natuurlijke bochten
- Treinen draaien naar links voor linksaf.
- (Tegenovergestelde) Treinen moeten naar rechts draaien om linksaf te gaan. Dit kan ertoe leiden (hoewel zeer zeldzaam) dat treinen zoekraken. (Kan worden verbeterd met gebruik van controleposten)
Splitsen voor samenvoegen
- Of de spoorlijn wel of niet eerst splitst voordat ze samenkomen. (Dit levert minder opstoppingen op als ze dat doen.)
Treinlengte (max of min)
- Maximum of minimum lengte van een trein
Gebied
- Breedte en hoogte aangegeven als b x h
Directe route
- Een spoorlijn gaat rechtdoor zonder bochten te maken.
- (Tegenovergestelde) Indirecte route
Symmetrie
- In geen, een of twee assen
U-bochten en Lussen
- U-bochten zijn prettig zolang zij NIET terug lussen naar zichzelf.
- Rotondes zijn een uitzondering vanwege de ontwerpstijl.
Seintype
- Origineel, Voorsein of Routesein (PBS).
Gevolgen defecte trein
- Welk effect een defecte trein heeft op de kruising.
- Van totale blokkering tot blokkeren van één spoor.
Classificatie
-
Enkelspoor
- Één spoor
-
Enkelspoor hoofdlijn
- Één spoor in iedere richting
-
Dubbelspoor hoofdlijn
- Twee sporen in iedere richting
-
Dubbelspoor geïsoleerde hoofdlijn
- Twee sporen in iedere richting
- De binnenste en buitenste sporen komen niet samen op enig punt